Blog Image

WhivieBlog

Whisky voor iedereen!

'Whivie' staat voor Whisky voor iedereen. Het is een site waarvan we hopen dat hij u zal helpen whisky in al zijn facetten te leren appreciëren. Je kan alle informatie terugvinden op onze website whivie.be en op deze blog publiceren we graag de laatste nieuwtjes alsook de tasting notes, evenementen en ga zo maar door. Uw suggesties zijn natuurlijk van harte welkom!

Mortlach 32 Year Old 1971 Limited Edition

Tasting Notes Posted on 17/10/2017 07:13

Distilleerderij: Mortlach
Regio: Schotland (Speyside)
Fles: Mortlach 32 Year Old 1971/2004 Limited Edition, ex-bourbon casks, 2160
bts
Kleur: goud
ABV: 50,1%

Dubbel
& Dik

Dit is een oude, officiële botteling van
Mortlach, op de markt gebracht in 2004. Wil je deze fles vandaag nog op de kop
tikken, hou er dan rekening mee dat je zo’n 1.200 tot 1.600 EUR zal moeten
ophoesten. Ik ben dan ook maar wat blij dat mijn Hollandse whiskygabber Marcel
me een sample hiervan heeft opgestuurd.

Heerlijk delicate en best florale neus
(zonder zepig te worden, hoor!) met iets van gedroogde heide, een vers boeketje
heidebloemen, honing, witte appels en de schil van onrijpe bananen. Oude
boeken. Verse lakens, echt waar! Daarnaast wat ananas, een schijfje kiwi en een
heel zacht, maar onmiskenbaar, streepje rook. Tikkeltje waxy, zelfs. Dit is
absoluut zalig, mooi gelaagd en dus bijzonder complex.

Hij is bijzonder romig op de tong, heerlijk
zoet, maar wordt wel onmiddellijk erg kruidig. Een opstoot van gember en witte
peper. Het hout, dat ik op de neus absoluut niet had, laat zich op de tong
dubbel en dik gelden. Een mooie, ronde malt ontwikkelt zich hier. De banaan
keert weer, alsook een handjevol noten en wat rokerige houttoetsen.

De finish verraadt het old school karakter van deze superlekkere Mortlach, die ik een
beetje naar Brora vind neigen. Ja, straffe uitspraak, maar het is wel zo.

Ongetwijfeld één van de lekkerste Mortlach
die ik al mocht proeven. Dankjewel, Marcel!

93/100

Geproefd
door Mark Dermul op 29-07-2017
(om snel andere tasting notes te vinden, surf naar www.whivie.be).



Mortlach 24 Year Old 1990 Signatory Cask Strength

Tasting Notes Posted on 16/10/2017 06:08

Distilleerderij: Mortlach
Regio: Schotland (Speyside)
Fles: Mortlach 24 Year Old 1990/2014, Signatory Cask Strength, Sherry Butt
#6075, 530 bts
Kleur: vol goud
ABV: 51,6%

Reine
Claude

Vandaag de dag kost de officiële Mortlach 25
Year Old zo’n 600 EUR voor een flesje van 50cl. Gelukkig hebben de
onafhankelijke bottelaars hun verstand nog niet verloren en kan je deze fles –
als je ze nog kan vinden – aanschaffen voor minder dan de helft (in sommige
gevallen, afhankelijk van waar je koopt, zelfs een derde). Deze 24-jarige
Mortlach werd door Signatory gebotteld in hun prachtige decanters van de Cask
Strength Collection.

Je kan de neus van deze Mortlach bezwaarlijk
zoet noemen. Dat neemt niet weg dat hij erg lekker is. Maar hij is meer umami,
naar mijn mening, dan zoet. Ja, ik krijg wel wat geflambeerde banaan (wie had
dat gedacht?), maar vooral iets van rauw vlees en dennenappels en… bouillon.
Klinkt misschien een beetje vreemd, maar ik geef je mijn woord: dit is lekker!
Laat hem echter tien minuten ademen en hij wordt wél lekker zoet.

Hij is geweldig olieachtig – én zoet – op de
tong. Nu krijg ik naast banaan ook flink wat citrustoetsen en zelfs wat ananas.
De eik laat zich ook niet onbetuigd met heel wat kruiden en een beetje tannine.
Iets van Reine Claude pruimen en een enkele stekelbes steken de kop op. Interessant, hoewel ik de invloed van het
sherryvat wat mis.

In de afdronk, die erg lang en vol is, komt
het umami karakter van Mortlach er prima door.

Wederom een erg lekkere Mortlach (is er
andere?) die je doet verlangen naar meer. Vandaag kost de fles je zo’n 200 EUR,
maar dat is voor een malt van bijna een kwarteeuw oud peanuts in vergelijking met de officiële release.

86/100

Geproefd
door Mark Dermul op 29-07-2017
(om snel andere tasting notes te vinden, surf naar www.whivie.be).



Mortlach 18 Year Old 1998 Signatory Vintage for TWE

Tasting Notes Posted on 15/10/2017 08:29

Distilleerderij: Mortlach
Regio: Schotland (Speyside)
Fles: Mortlach 18 Year Old 1998 Signatory Vintage for TWE, Cask #5, 681 bts
Kleur: brons tot mahonie
ABV: 55,8%

Monster

Jonny is een whiskygabber die ik enkele
maanden geleden leerde kennen op de Bowmore Girl vs Toshan Man
tasting in Antwerpen. Sindsdien hebben we al één en ander uitgewisseld. Maar
toen Jonny me ‘zijn’ Mortlach voorstelde, kon ik een sample niet afslaan. Het
bekende The Whisky Exchange in Londen had blijkbaar via Signatory een vat Mortlach
1998 geregeld en je kan je flessen laten graveren. Jonny’s vrouwtje regelde dat
voor hem. Leuk, toch? En de whisky? Ja, die is erg lekker… Hij rijpte op
hogsheads en kreeg daarna nog een finish van 54 maanden op oloroso sherryvaten.
Aan de slag!

Heerlijke neus met flink wat aardse tonen.
Maar ook een karrenvracht aan eucalyptus. Kersenthee die erg lang getrokken
heeft. Geroosterde amandelen. Gekonfijte appelsienschillen. Dennenappels.
Meubelpoets. Nieuw leder. Potloodslijpsel. Dit is een prachtige Mortlach op de
neus. Erg gelaagd, als u begrijpt wat ik bedoel.

Hij zet krachtig en kruidig aan. Flink wat
peperbolletjes, kaneel en nootmuskaat. Goh, deze kent het woord subtiel
absoluut niet. Kersensiroop, zwarte thee, tabaksbladeren, rosbief en grisonvlees.
Wat Sevilla appelsienen op de achtergrond. Zoveel power, zeg! Dit is een beest.
Nee, een monster!

De afdronk is erg, erg lang, licht drogend,
blijft zoet en kruidig tot de dood.

Mortlach wordt The Beast of Dufftown genoemd. Wel, deze mag gerust The
Monster of Dufftown
genoemd worden, wat mij betreft. Geweldige Mortlach. En
dat voor zo’n 150 EUR? Hier nog te krijgen, eventueel gegraveerd. Niet twijfelen. Doén!

88/100

Geproefd
door Mark Dermul op 29-07-2017
(om snel andere tasting notes te vinden, surf naar www.whivie.be).



Glengoyne 20 Year Old 1996 Douglas Laing Old Particular

Tasting Notes Posted on 14/10/2017 08:43

Distilleerderij: Glengoyne
Regio: Schotland (Highlands)
Fles: Glengoyne 20 Year Old 1996/2016 Douglas Laing Old Particular, Refill
Hogshead #DL11212, 245 bts
Kleur: oud goud
ABV: 51,5%

Brandnetel

Enkele jaren geleden bezocht ik de Glengoyne
Distillery en het mag gezegd: deze is het bezoek meer dan waard. Het is een
mooie, goed onderhouden distilleerderij en de rondleiding is best interessant.
Ik proef dan ook met plezier een botteling van Douglas Laing in hun Old
Particular-reeks: de Glengoyne 1996 op 51,5%.

Hoewel de neus erg gesloten begint, bloeit
hij met wat geduld en handwarmte wel mooi open. Zo krijg ik vooral Reine Claude
pruimen, abrikozen, limoen en stekelbessen op de neus (flinke aciditeit,
overigens). Daarnaast nog honing, brandnetel en kristalsuiker. Als je hem (nog)
even laat staan, komen er ook hints van aardbeien en onrijpe banaan bij. Dit
valt mij best mee.

Prima viscositeit op de tong, maar wel erg
kruidig. Gember, zoethout, witte peper. Hij brandt een beetje. Daardoor heeft
de fruitigheid (zelfde als op de neus) wat moeite om er doorheen te priemen.

De afdronk is lekker lang, dat wel. De
kruidigheid deemstert slechts heel, heel langzaam weg.

Prima Glengoyne. Geen topper, maar best
genietbaar. Hij kan wellicht wel een druppeltje water gebruiken (maar dat had
ik niet bij de hand).

83/100

Geproefd
door Mark Dermul op 30-07-2017
(om snel andere tasting notes te vinden, surf naar www.whivie.be).



Glengoyne 17 Year Old 1997 Douglas Laing Old Particular

Tasting Notes Posted on 13/10/2017 07:27

Distilleerderij: Glengoyne
Regio: Schotland (Highlands)
Fles: Glengoyne 17 Year Old 1997/2015 Douglas Laing Old Particular, Refill
Hogshead #DL10697, 348 bts
Kleur: zonlicht
ABV: 48,4%

Eenvoudig

De Glengoyne Distillery ligt langs de A91,
die de denkbeeldige grens vormt tussen de Lowlands en de Highlands. En hoewel
de distilleerderij in de Highlands staat, liggen de warehouses waar de whisky
rijpt in de Lowlands. Of zoiets. Who cares? We geen twee bottelingen van
Douglas Laing aan de lippen zetten: de Glengoyne 1997 op 48,4% tegenover een
Glengoyne 1996 op 51,5%. We beginnen met de 17-jarige op het laagste
alcoholpercentage.

De neus is zoet en moutig en in alle
eerlijkheid wat aan de eenvoudige kant. Wat wit fruit (appels en peren) en
vanille en… daarmee is alles gezegd.

Hij is licht olieachtig en bijzonder zoet
(denk moutsuiker), maar ook erg kruidig. Ik heb vooral witte peper, gember,
bakkerijkruiden en wat zoethout. Het fruit van de neus keert weer. Maar
opnieuw, allemaal erg braaf en eenvoudig. Dat wil niet zeggen dat hij niet
lekker is, maar uitdagend is iets anders.

De finish is middellang waarbij het fruit nu
de gedroogde kant opgaat, terwijl de kruiden langzaamaan uitdoven.

Mjah… foutloze, maar tevens ietwat saaie
Glengoyne. Iets voor op het terras, zonder er bij na te denken.

79/100

Geproefd
door Mark Dermul op 30-07-2017
(om snel andere tasting notes te vinden, surf naar www.whivie.be).



Glorious Bastard

Tasting Notes Posted on 12/10/2017 07:33

Bottelaar: Asta
Morris
Regio: Schotland
Fles: Glorious Bastard – Batch #1
Kleur: vol goud

ABV: 46%

Bastaard

Bert Bruyneel – aka
Zotte Bert – doet zijn naam weer alle eer aan met de release van Glorious
Bastard. Want dit is wederom een uniek concept. Het is een single malt Scotch
gerijpt op wat hij een Bastard Oak Cask noemt. Laat mij het even toelichten.
Hij koopt vaten single malt die hij onder zijn Asta Morris label bottelt,
gebruikt die vaten om zijn NOG! – No Ordinary Gin op te laten rijpen en…
kiepert in die ‘ginvaten’ dan opnieuw Schotse single malt. Het resultaat:
Glorious Bastard. We weten echter niet om welke whisky het gaat.

De neus is zoet en gekonfijt
en van meet af aan is het heel duidelijk dat dit geen gewone single malt
betreft. De jeneverbes en koriander van de gin zijn meteen dominant. Ik krijg
nog wat gekonfijte appelsienschillen en iets van mandarijn, maar blind proevend
zou ik hier niet aan een single malt denken. Is dat erg? Maar neen, want dit
ruikt best aangenaam en intrigerend.

De smaak is aan de
kruidige kant, moet ik bekennen. Opnieuw moet ik niet meteen aan single malt
denken, maar wel aan gin. Dit lijkt meer op een overgerijpte NOG dan een op
ginvaten gerijpte whisky. Jeneverbes en koriander gaan flink wat citrus en iets
van kokosnoot vooraf. De whisky is amper herkenbaar, maar zorgt wel dat dit
drankje body krijgt.

De afdronk is
kort tot middellang met de nadruk op jeneverbes en appelsien.

Intrigerend drankje – en zeker weer een topideetje van die gekke kerel uit
Ingooigem – maar Scotch zou ik die amper durven noemen. Dit leunt dichter aan
bij gin dan bij whisky en is wellicht een heel leuk ingrediënt voor een
cocktail.

COCKTAIL

Ik ben een
eenvoudig man, dus hou ik mijn cocktails ook graag eenvoudig. Flink wat ijs,
een scheut Glorious Bastard (toegegeven, zo’n 10cl) en Fever Tree Ginger Beer.
Een aardbei in de mix en genieten maar. Zomers, fris en fruitig en stukken
beter dan de ‘Scotch’ an sich. En de aardbei na afloop oppeuzelen, hoor, want
die smaakt na een kwartier in het vocht simpelweg goddelijk!

Ik had het geluk
hem reeds in augustus in een soort van avant-première te proeven en wist
onmiddellijk dat zijn ginvaten er voor iets tussen zaten. Ik vond het toen al
een leuk idee. Nu dat ik hem zelf gemixt heb, nog meer. Dit is een drankje waar
je mee kan spelen. Maar ik zou het niet als een whisky op tafel zetten. Daarvoor
is het ‘bastard cask’ te dominant.

Geproefd
door Mark Dermul op 08-10-2017
(om snel andere tasting notes te vinden, surf naar www.whivie.be).



Arran The Smugglers’ Series III ‘The Exciseman’

Tasting Notes Posted on 11/10/2017 07:20

Distilleerderij: Isle of Arran
Regio: Schotland (Islands)
Fles: Arran The Smugglers’ Series III ‘The Exciseman’, OB 2017, 8.700 bts
Kleur: vol goud
ABV: 56.8%

Madeira

De derde en
laatste botteling in de Smugglers’ Series – The Exciseman – bevat wederom zowel
geturfde als ongeturfde malt van Arran, waarvan een deel rijpte op
Madeiravaten. Een heleboel van de 8.700 flessen werden nog niet geopend. Als je
naar veilingsites kijkt, merk je dat heel wat volledige setjes nu worden
aangeboden en flink wat geld ophalen. 750 tot 900 EUR voor de drie is geen
aardigheid. En dat is – alles in acht genomen – toch betrekkelijk veel voor 3
NAS-releases. Toegegeven, het spul is wel lekker, maar daar hebben verzamelaars
weinig aan, me dunkt. Hoe dan ook: een knap staaltje van de marketingafdeling
van deze distilleerderij.

Ha! Dat is nog
eens een leuke neus, zie. Donkerzoet (ik weet het, dat is geen woord, maar je
snapt me toch?) op rozijnen, gebakken appels met kaneel, Turks Fruit en
chocolade, donkere honing en vanille. Een hint van turf en zeezout geeft hem
een wat maritiem karakter, maar het is vooral het fruit en de kruiden dat hier
met uw aandacht aan de haal gaat. Flink wat getoaste eik die voor gember en
peper zorgen.

Deze heeft een
prima body en is zelfs romig te noemen, maar wel onmiddellijk pikant. Peper van
allerlei slag, zoethout en gember. Het fruit is nu weer beperkt tot appels en
limoen. Dat laatste zelfs betrekkelijk sterk. Gekonfijte appelsienschillen
komen opzetten en verdringen de gebakken appeltjes. Best intens, hoor. Vanille
en moutsuikers houden hem voldoende zoet. Een toefje rook geeft hem diepgang.
Mooi, erg mooi.

De afdronk is
bijzonder lang, kruidig en warm. Appels en limoenen, gewikkeld in een rokerig
jasje, blijven mooi hangen, terwijl je mond stilaan droog komt te staan.

Zonder enige twijfel
de beste van de drie uit de reeks. Maar vandaag betaal je zo’n 350 tot 400 EUR
voor deze fles. Bottle flippers aan
de macht!

86/100

Geproefd
door Mark Dermul op 03-09-2017
(om snel andere tasting notes te vinden, surf naar www.whivie.be).



Arran Smugglers’ Series II ‘The High Seas’

Tasting Notes Posted on 10/10/2017 07:26

Distilleerderij: Isle of Arran
Regio: Schotland (Islands)
Fles: Arran Smugglers’ Series II ‘The High Seas’, OB 2015, 8.700 bts
Kleur: vol goud
ABV: 55.4%

Rum

Het tweede
‘boekdeel’ van de smokkelaars’ trilogie van Arran werd The High Seas gedoopt.
Net als zijn voorganger en opvolger, werd hij in een mooie verpakking gestopt –
of is dat verstopt? Zowel geturfde als ongeturfde Arran werd gebruikt, waarvan
een deel rijpte op rumvaten.

Hola, deze neus
is apart. Ik krijg in eerste instantie wat fietsband en wasverzachter… Niet
meteen mijn ding. Dat vervliegt gelukkig betrekkelijk snel om dan plaats te
maken voor een mix van vruchten à la appels en peren. Flink wat kamfer en
chemische zoetheid. Ik moet hem echt lang laten ademen alvorens er wat
amandelnoten, appelsien en gedroogde abrikozen tevoorschijn komen. De rum wordt
ook plots heel duidelijk met melasse en rietsuiker. Sluit je ogen, verban Arran
uit je gedachten en je ruikt alleen nog een jonge rum. Niet bepaald mijn ding.

De body is bijna
waterachtig. Mierzoet op moutsuikers, rum-rozijnen, abrikozen en gebakken
appeltjes. Flink kruidig ook, op kaneel, witte peper en een hint van zeezout.
Dat laatste mocht niet ontbreken natuurlijk. Maar hoewel het fruit erg zijn
best doet, zijn het de kruiden die hier de dienst uitmaken. Oh, ik zou het nog
bijna vergeten, maar er zit bovendien een hint van menthol aan, die een beetje out of place lijkt, wat mij betreft.

De afdronk is
best lang te noemen, maar ook licht drogend en kruidig tot op het sterfbed. De
menthol heeft het laatste woord.

Erg atypische
Arran, wat hem best interessant maakt, maar een topper is dit zeker niet en de
minste van de drie uit deze reeks. Wie hem niet heeft open gemaakt, kan hem
verpatsen op veilingen voor zo’n 200 tot 300 EUR, wat te gek is voor woorden.

83/100

Geproefd
door Mark Dermul op 03-09-2017
(om snel andere tasting notes te vinden, surf naar www.whivie.be).



Arran Smugglers’ Series I ‘The Illicit Stills’

Tasting Notes Posted on 09/10/2017 07:12

Distilleerderij: Isle of Arran
Regio: Schotland (Islands)
Fles: Arran Smuggler’s Series I ‘The Illicit Stills’, OB 2015, 8.700 bts
Kleur: vol goud
ABV: 56.4%

Port

De Smugglers’ Series
van Arran bestaat – letterlijk – uit drie boekdelen: The Illicit Stills, The
High Seas & The Exciseman. De jongens van de PR-afdeling
hebben hun best gedaan om met deze reeks bottelingen hommage te brengen aan de
stokers van weleer, die enerzijds met illegale alambieken stookten, vervolgens
de woeste zee moesten oversteken naar Schotland om hun spul aan de man te
brengen, maar ondertussen wel probeerden te ontsnappen aan de
belastingambtenaar. De eerste uit de reeks – The Illicit Stills – werd
samengesteld uit zowel ongeturfde Arran als geturfde (50ppm), waarvan een deel
rijpte op portovaten.

Erg romige neus
op voornamelijk citrus en abrikozen met een hint van overrijpe banaan, Reine
Claude pruimen en citroengras. Mooie toetsen van turf – best delicaat –
waardoor deze een beetje een old school
karakter krijgt. Dat was vast het opzet. Zilt randje. Prima neus, ondanks het
feit dat hij betrekkelijk licht is.

De body is aan de
lichte kant, moet ik zeggen. Maar desalniettemin redelijk romig en verrassend
kruidig. Zeezout en zachte turf vooraan, gevolgd door een mix van peper en
flink wat gember. Het fruit komt daardoor toch wat in de verdrukking. Perzik en
limoen en wat groene druiven. Van de portovaten geen spoor.

De finish is
middellang en kruidig op wat turf en flink wat heldere citrustoetsen.

Slechts is dit
zeker niet – verre van zelfs, de neus alleen al is geweldig – maar mijn wereld
staat nu ook niet meteen op zijn kop. Hier was nochtans heel wat om te doen en
de flessen gaan tegenwoordig voor 300 tot zelfs 400 EUR over de virtuele
toonbank op veilingen. Maar ja, het is dan ook meer een verzamelaars- dan
drinkers’ whisky, wellicht.

84/100

Geproefd
door Mark Dermul op 03-09-2017
(om snel andere tasting notes te vinden, surf naar www.whivie.be).



Scraping the Barrel – verslag

Events Posted on 08/10/2017 10:29

De titel van deze
tasting – die op 28 september doorging in het Gentse PROOF – verried al grotendeels
waarover dit zou gaan: vattypes. Maar met Timon aan het roer was ik er van
overtuigd dat het een boeiende, leerrijke, maar vooral erg lekker tasting zou
worden.

De line-up zou uit niet
minder dan 8 drankjes bestaan, waarvan 6 whisky’s.

New Make – Warenghem Distillerie – 63%

Het eerste drankje was
eentje waar ik meteen verliefd op werd. De new make van de Franse Warenghem
Distillerie is mij niet onbekend. Deze embryonale Armorik is zeer lekker, best
fruitig en erg drinkbaar zonder enige offnotes. Een tikkeltje farmy en
aangenaam zoet. En een bewijs dat spirit ook zonder vatrijping gewoon erg
aangenaam kan zijn.

Hier kan ik gerust een
glas of twee op mijn gemak van wegtutteren.

Deanston Virgin Oak Finish – 46.3%

Deze Deanston rijpte
eerst op ex-bourbonvaten, maar kreeg nadien nog een finish van enkele maanden
op zogenaamde virgin oak – nieuwe eik waar voorheen dus nog geen drank op
gerijpt had. Het resulteerde in een aangename, redelijk kruidige neus met
boterbollen en wat hints van geel fruit. Op smaak was hij nog steeds kruidig,
maar vond ik hem wat uitvlakken. Vooral in de middellange afdronk kwam het
maagdelijke hout mooi tot zijn recht.

Dat gezegd zijnde vond
ik deze whisky toch maar een klein niemendalletje. Een
kaarterswhisky, zeg maar.

Blandy’s
5 Year Old Bual Madeira – Medium Rich – 19%

De eerste verrassing van
de avond – en voor mij meteen ook één van de hoogtepunten! Deze Madeira – en
lang houdbare versterkte wijn van het Portugese
eiland met dezelfde naam – was donkerzoet en gekonfijt op de neus met
een hint van koffie. Op smaak was hij mierzoet en fruitig – zoals het hoort –
met wat agrums die hem een fris zuurtje gaven. De afdronk begon romig, maar
werd langzaam maar zeker erg droog op noten en citrus.

Wat een zalige Madeira,
zeg. Echt een aanrader en een mooie introductie voor de volgende whisky.

Tyrconnell
10 Year Old Madeira Finish – 46%

Het was al meer dan 7
jaar geleden dat ik deze Ier nog eens aan de lippen had gezet. Het was een fijn
weerzien, met noten en in honing gedrenkte bosvruchten op de neus, besprenkeld
met vers sinassap. Op smaak vond ik hem een beetje aciditeit missen, maar de
afdronk was mooi.

Een leuke Ier waar je
mond niet meteen van zal openvallen, tenzij om een tweede slok te nemen.

Lustau
Fino Jarana – Very Dry Sherry – 15%

Fino is traditioneel een
delicate, droge sherry, gemaakt van de Palomino-druif en rijpt zo’n 4 tot 7
jaar onder een biologische schimmellaag die flor wordt genoemd. Hij heeft een
lichtgele strokleur. Deze Lustau was
licht fruitig op banaan, aardappel en amandelnoten maar offreerde op smaak ook
een licht zilte hint met wat hout en citroen. De afdronk was niet erg lang,
maar wel mooi drogend met voldoende aciditeit om hem extra delicaat over de
tong te doen glijden.

Wederom een erg
aangename verrassing. Ik denk dat deze het erg goed zou doen bij (of na) een seafood platter in het Lochindaal hotel.
Maar dat is wellicht vloeken in de hel.

Glen Scotia 1992 Coilltean Fino Butt #3 – Samaroli – 45%

Deze reeds in 2009
gebottelde Glen Scotia offeerde eerst weinig goeds. Ik had kaas, rubber en
karton op de neus. Flink wat OBE, leek het wel. Maar als je hem tien minuten
liet staan werd hij beter, veel beter. De onfrisse aroma’s maakten plaats voor
rosbief, mokka en geroosterde koffiebonen. Echt apart, maar wel schitterend. Op
smaak was het in eerste instantie een echte bom. Vreemd genoeg begon hij erg
robuust, maar eens hij de smaakpapillen had omfloerst, werd hij plots erg
delicaat en verfijnd.

Erg aparte en interessante
Glen Scotia, zoveel is zeker.

Coal
Ila 9 Year Old 2007 Signatory Vintage UCF – 46%

Hola! Zei er daar iemand
dat we Caol Ila gingen proeven. Ik ging alvast op het puntje van mijn stoel
zitten. Caol Ila is mijn favoriete Islay whisky. Ik heb er al tientallen
geproefd en nog geen enkele is mij tegen gevallen. Deze jongeling werd door
Signatory gebotteld uit twee bourbon barrels. Op de neus gerookte hesp,
makreel, olijfolie, banaan en citrus. Dat werkt! Op smaak… meer van
hetzelfde. De middellange afdronk was zacht rokerig en opnieuw verrassend zoet.

Een schoolvoorbeeld van
Caol Ila, maar met een erg zoete twist.

Edradour
12 Year Old 2003 PTM Cask #150

PTM: ik had er eerlijk
gezegd nog niet van gehoord. Het is de afkorting van Peated Through Maturation.
Het leuke aan deze whisky is dat het de klassieke Edradour whisky betreft, maar
wel gerijpt op een voormalig Islay vat. U raadt het al: een vat waar eerder
Caol Ila op rijpte. Fruitig zoet, quasi exotisch zelfs, op mango en ananas. Op
smaak was de balans tussen het fruit, hout en de turf excellent, echt waar! De
afdronk was heerlijk lang en bijzonder interessant.

Dit is Edradour? Mooi!
Absoluut geen turf op de neus, maar op smaak des te meer. Super.

Ik zie het al: ik hoopte
dat dit een erg interessante tasting zou worden. Ik kwam allesbehalve bedrogen
uit – en de rest van de afgeladen zaal evenmin – en liet dat aan het eind van
de avond ook aan de gastheer en zijn sympathieke betere helft Nikkie weten. Dat
ze maar gauw een vervolg aan deze tasting moesten breien. Er werd mij op het
hart gedrukt dat dat zou gebeuren.

Ik schrijf me nu al in.

May
the Malt be with you!



Mark’s Whisky Ramblings 182: Trip to Islay – part 4 of 4

Mark's Whisky Ramblings Posted on 07/10/2017 08:57

Dit is een video van onze trip naar Islay.
Samen met mijn lieve Sofie en vrienden Niek
en Ilse bezoek ik alle 8 distilleerderijen op dit eiland, de Koningin der
Hebriden. In deze vierde en laatste van vier video’s bezoeken we de meest
noordelijke distilleerderij op het eiland: Bunnahabhain. Wanneer we langs de
kust rijden komen we de bouwwerf van de nieuwe Ardnahoe distilleerdij tegen,
die in 2018 als 9e op Islay zal openen. Dan bezoeken we Caol Ila, alvorens
terug te keren naar Port Askaig voor de ferry naar Glasgow. Maar alvorens op
het vliegtuig naar huis te stappen, mag een laatste stop niet ontbreken:
Auchentoshan.

Geniet van deze video impressie van onze
trip naar Islay.



Trip to Islay – deel 4/4

Reizen Posted on 06/10/2017 07:37

Ik moet bekennen dat ik was opgestaan met een zwaar gevoel. Het zou vandaag immers onze laatste dag op Islay zijn. Maar gelukkig stonden er nog een paar leuke dingen op het programma alvorens we rond een uur of drie de ferry terug naar het vasteland zouden nemen.

Maandag 25 september 2017

Het afscheid van het personeel van de Harbour Inn viel ons zwaar. Ook al waren we er maar een paar dagen, hadden we toch met een aantal van de staff (Fiona, Claire, …) een goeie band opgebouwd. We lieten wel een mooi souvenir achter voor de Nederlandstalige bezoekers. Zij kunnen nu in het salon genieten van ons boek Whisky Voor Iedereen.

Gepakt en gezakt trokken lieten we de stad (nou, ja, stadje) Bowmore uit richting noordoosten. Onze eerste bestemming was de meest noordelijk gelegen distilleerderij op Islay: Bunnahabhain! Aangezien we er al om 10u waren, kregen we een exclusieve toer. En de foto- en videografen onder ons waren gelukkig, want er werd ons slechts één restrictie opgelegd: het stillhouse mocht enkel gefotografeerd of gefilmd worden van in het deurgat. Maar dat vonden we absoluut geen probleem.

Het feit dat het weer prachtig was en er amper wind stond, maakte ook dat de baai waarin de distilleerderij gelegen is bijna sprookjesachtig werd. Toegegeven, de distilleerderij doet een beetje aftands aan, maar de whisky die ze maken mag er best wezen. We kregen er maar liefst 8 te proeven, waarvan 2 bottle your own die exclusief op de distilleerderij beschikbaar zijn in flesjes van 200ml.

Op de route van Bunnahabhain naar Port Askaig kwamen we de site tegen waar in 2018 een nieuwe, 9de, distilleerderij actief zal worden: Ardnahoe Distillery. Dit is het geesteskind van Hunter Laing & Co, de onafhankelijke bottelaar die ontstond nadat Fred en Stuart Laing besloten uit elkaar te gaan. Fred bleef Douglas Laing & Co beheren met zijn dochter Cara, Stuart en zijn twee zonen starten Hunter Laing & Co op. Zou het kunnen zijn dat het feit dat Stuart zelf een nieuwe distilleerderij op Islay opstart de reden is dat hij niet langer zijn grond wil verkopen aan Jean en Martine Donnay van het nu gedoemde Gartbreck project? Wie zal het zeggen? Hoe dan ook, de werken voor deze nieuwe distilleerderij waren al flink onderweg. Maar we mochten helaas (maar wel begrijpelijk) de bouwwerf niet op.

De volgende halte – en de laatste van onze Islay avontuur – was er eentje waar ik persoonlijk erg naar had uitgekeken. Caol Ila is immers mijn persoonlijke favoriete Islay malt. Maar helaas… er waren volop werken aan de gang – één van de spirit stills werd vervangen – waardoor er geen rondleidingen mogelijk waren. En dit zal nog het geval zijn tot half oktober. De Master Distiller hoopt dan opnieuw de productie te kunnen opstarten.

Maar de sympathieke verantwoordelijke van het bezoekerscentrum maakte dat dubbel en dik goed met een tasting van enkele heerlijke releases. We proefden er 4 die er echt wel mochten wezen, inclusief de nieuwe Distillery Exclusive die – a first for Caol Ila – gedeeltelijk had gerijpt op rode wijnvaten. Hij was heerlijk en verdween meteen in de handbagage.

Na de obligate foto’s (weliswaar enkel van de buitenkant van de distilleerderij) werd het tijd om Port Askaig op te zoeken voor een lunch in het zonnetje in afwachting van de ferry naar Kennacraig.

Hoe wild de heenvaart was geweest, zo kalm was de terugtocht. De zee was een spiegel. Maar eens we de zonnige beschutting van Islay achter ons lieten en het schip volle zee koos, werden we verrast door een dichte mist. Wat een vreemde en ietwat onaangename ervaring om niet verder dan 50 meter voor je uit te kunnen kijken. En… niets te zien. Alhoewel… Halverwege de tocht werden we aangenaam verrast door een aantal bottlenose dolfijnen die langs het schip gleden in hun typische, elegantie manier. En er zaten echt wel mooie grote beesten bij, hoor.

Bovendien besloot de kapitein dat het moment gekomen was om de Schotse vlag te vervangen die wapperde aan de mast op de voorsteven. Ik vroeg wat er met de oude zou gebeuren en werd die prompt in de handen gestopt. Een leuk souvenir van deze reis!

Anderhalf uur later legde de ferry aan en konden we aan het laatste stuk – zo’n 2,5u rijden – beginnen richting Glasgow. Wat een prachtige route!

Dinsdag 26 september 2017

Dinsdagmiddag zou KLM ons terug naar Schiphol voeren, van waar uit we terug naar ons eigen nest zouden rijden, maar we hadden dus nog een hele voormiddag waarmee we aan de slag konden. En als je in Glasgow bent en de titel Toshan Man draagt, kan je natuurlijk niet anders dan je home away from home te bezoeken. We hadden een privétoer voor de officiële openingsuren geregeld en werden op een erg leuke rondleiding, doorspekt met historische feiten, getrakteerd. En zowel in het warehouse als in het visitor center proefden we nog heel wat lekkers, alvorens met souvenirs de Auchentoshan Distillery wederom te verlaten.

En dan naar de luchthaven voor een korte vlucht naar Schiphol en een lange rit naar huis. En zo kwam onze Trip to Islay ten einde. Maar we zullen ons deze reis nog erg lang heugen en één ding staat al vast: hier komen we zeker nog terug. Wellicht over een jaar of 5…

Graag maak ik van de gelegenheid gebruik om mijn geweldige reisgezellen Niek, Ilse en Dearly Beloved te bedanken, alsook de staff van alle distilleerderijen die ons bezoek zo aangenaam hebben gemaakt.

Voor meer foto’s verwijs ik graag naar mijn persoonlijke FACEBOOK pagina. En vergeet ook zeker niet naar de 4 Ramblings te kijken op YouTube!

May the Malt be with you!



Mark’s Whisky Ramblings 181: Trip to Islay – part 3 of 4

Mark's Whisky Ramblings Posted on 05/10/2017 07:28

Dit is een video van onze trip naar Islay.
Samen met mijn lieve Sofie en vrienden Niek en Ilse bezoek ik alle 8
distilleerderijen op dit eiland, de Koningin der Hebriden. In deze derde van
vier video’s bezoeken we de mooie sites van Kilnave en Ardnave alvorens koers
te zetten naar de jongste distilleerderij op het eiland: Kilchoman. Dan rijden
we terug naar Loch Indaal om de Bruichladdich distilleerderij te bezoeken
alsook het charmante dorp Port Charlotte. Tot slot rijden naar de zuidelijke
Rhinns of Islay waar we genieten van de zon in Portnahaven en Port Wemyss.

Geniet van deze video impressie van onze
trip naar Islay.



Trip to Islay – deel 3/4

Reizen Posted on 04/10/2017 07:20

Vandaag stond het westen van Islay op het programma, beginnend in het noorden en eindigend in het zuiden.

Zondag 24 september 2017

Na het ontbijt (de Eggs Benedict in de Harbour Inn zijn een echte aanrader!) trokken we naar Kilnave, waar een oude begraafplaats opvalt. Ze is bijna even indrukwekkend als die aan het Kildalton Cross en ligt prachtig aan het water.

Nog verder door naar het noorden – Ardnave Point – kan je een mooie wandeling maken en flink wat van het wildlife zien. Het is een actieve boerderij waar de koebeesten vrij rondlopen. Ze zijn het zicht van toeristen duidelijk gewoon. Terwijl we daar rondwandelden begon het plots zachtjes te regenen. Maar het bleef bij slechts wat miezeren en duurde amper een zestal minuten. Waarom vertel ik dit? Omdat dit de enige regen is die we tijdens ons verblijf op Islay mochten meemaken, terwijl de weersverwachting ons vier dagen regen had voorspeld.

Via Loch Gorm trokken we dan naar de kleinste (op dit moment althans) distilleerderij van Islay, opgericht in 2005: Kilchoman. Hier werden we door Nicole hartelijk ontvangen en op een geweldige toer getrakteerd. Opvallend is dat hier alles dicht op elkaar gepakt staat en alles op kleinere schaal is. Behalve dan de passie waarmee de whisky wordt gemaakt. Maar Kilchoman is volop aan het uitbreiden. Op het terrein zijn een nieuwe kiln en stillhouse volop in aanbouw, waardoor ergens in de loop van 2018 de capaciteit zou verdubbelen.

Na de toer lieten we ons een heerlijke lunch welgevallen in het mooi uitgeruste en zeer moderne bezoekerscentrum. Nadien stuurden we onze vierwieler richting Bruichladdich.

We hadden geen toer gereserveerd en bij aankomst bleek de groep eigenlijk al vol te zitten, maar de sympathieke Melanie voegde er onmiddellijk aan toe ‘we’ll make it work!’ en we togen mee op een zeer goed gebrachte rondleiding.

Ook hier mochten we – net als bij Kilchoman – foto’s en filmpjes naar hartenlust maken, wat we dan ook gretig deden. De Ramblings zullen binnenkort online komen.

In het visitor center teruggekeerd werden we getrakteerd op Bruichladdich, Port Charlotte en Octomore malts. En we maakten van de gelegenheid gebruik om een flesje Port Charlotte van het distillery cask te bottelen.

Van Port Charlotte gesproken… in het gelijknamige dorpje kan je nog enkele restanten vinden van de oude distilleerderij en staan er ook nog warehouses die momenteel door Bruichladdich worden gebruikt. Plannen om een nieuwe distilleerderij op te richten bestaan al veel langer, maar zouden nu toch weer ter tafel liggen.

Dan zetten we koers naar de Rhinns of Islay in het zuiden, waar we enkele pittoreske dorpjes passeerden zoals Portnahaven en Port Wemyss. We genoten van het zonnetje (in T-shirt!) en de rust in de baai, waar ook enkele otters vertoefden. Een prachtig en rustgevend schouwspel, met de vuurtoren op de achtergrond. Echt de moeite om te bezoeken.

Op de terugweg stopten we om in het Hotel Lochindaal te dineren. Helaas geen seafood platter, want die moest blijkbaar 24u op voorhand besteld worden en dat hadden we over het hoofd gezien. Dat neemt niet weg dat we heerlijk gegeten hebben. De Sticky Toffee Pudding was alleszins het beste dessert dat ik op Islay naar binnen speelde.

En in het donker terug naar Bowmore rijden was niet alleen een avontuur, maar ook erg mooi omdat het water van het Loch Indaal zo glad als een spiegel lag, waardoor de verlichting van de dorpjes langs het water mooi weerspiegelde.

En dan trokken we naar bed, want morgen zou het weer vroeg dag worden en bovendien een lange dag. Nog een paar bezoekjes af te leggen om dan in de namiddag de ferry terug naar het vasteland te nemen.

May the Malt be with you!



Mark’s Whisky Ramblings 180: Trip to Islay – part 2 of 4

Mark's Whisky Ramblings Posted on 03/10/2017 07:23

Dit is een video van onze trip naar Islay.
Samen met mijn lieve Sofie en vrienden
Niek en Ilse bezoek ik alle 8 distilleerderijen op dit eiland, de Koningin der
Hebriden. In deze tweede van vier video’s bezoeken we het Kildalton Cross, maar
ook het Kildalton Trio van distilleerderijen: Laphroaig, Lagavulin en Ardbeg.
Maar uiteraard kunnen we niet aan de Port Ellen maltings voorbij, voordat we
verder trekken naar de Mull of Oa om het Amerikaanse Monument te bezichtigen.

Geniet van deze video impressie van onze
trip naar Islay.



Trip to Islay – deel 2/4

Reizen Posted on 02/10/2017 07:36

Ik werd een uur voor de wekker wakker. Niet van mijn gewoonte. Misschien was het omdat mijn brein me vertelde dat vandaag een geweldige dag zou worden. We gingen immers het Kildalton Trio bezoeken. Je zou voor minder een uur vroeger opstaan.

Zaterdag 23 september 2017

Na een stevig ontbijt voerde onze vierwieler ons vlotjes naar de historische site van het Kildalton Cross. Het stamt uit de 8e eeuw en is één van de best bewaarde Keltische kruis uit die periode. Het is te vinden op de begraafplaats bij de Kildalton Church op het noordoostelijke deel van Islay, zo’n kwartiertje verder rijden dan Ardbeg. Wel erg fotogeniek, hoor. Het feit dat we in de omringende bossen tevens een hertenkoppel met jongen ontdekten, maakte het erg speciaal.

Om 11u stipt vertrok onze eerste toer van vandaag: Laphroaig! En het moet gezegd, de toer was echt goed. Natuurlijk heb je – als je eerder al een distilleerderij bezocht hebt – heel veel dingen al gehoord, maar toch heeft elke distilleerderij toch zo’n zijn eigenheid en zit het plezier er net in van kleine nuances te ontdekken. Het feit dat we bovendien volop mochten fotograferen en filmen waar en wanneer we maar wilden, kon op veel bijval rekenen. En uiteraard mocht ook de obligate foto aan het warehouse met de benaming van de distilleerderij niet ontbreken!

En Laphroaig lag in een betrekkelijk rustige baai, wat niet gezegd kan worden van de volgende in de rij die we bezochten: Lagavulin! De strakke wind maakte het erg moeilijk om een goeie foto te maken van de buitenkant. De binnenkant… tja, daar mag je geen camera bovenhalen. We lieten ons dan maar onderuitzakken in de lounge waar we enkele lekkere drams konden proeven, zoals de Distillers Edition, de Jazz edition, the Feis Ile en de Distillery Only. Lekker spul, maar dat wist u ongetwijfeld al.

Ondertussen begonnen we toch een hongertje te krijgen, maar we wisten dat bij de buur die we nu zouden gaan bezoeken een lekkere lunch konden nuttigen. Ardbeg is veruit de meest commerciële distilleerderij op het eiland. Zeer clean (for lack of a better word) en duidelijk op whiskytoeristen afgestemd. Een prachtig aangelegd binnenplein geeft je ook meteen de indruk dat het een zeer moderne en grote distilleerderij is. Terwijl dat ze toch niet echt de grootste is. Da’s een knap staaltje trompe l’oeil. Maar we aten heerlijk en dronken daarbij ook nog eens zowel de Kelpie als de nieuwe An Oa.

We verlieten Ardbeg in zuidelijke richting om even halt te houden bij Port Ellen. Van de distilleerderij schiet niet veel meer over, maar achter de oude warehouses staat wel een reusachtige fabriek: Port Ellen Maltings. Helaas niet toegankelijk voor het publiek. Maar de warehouses waren duidelijk afgesloten en beveiligd met de modernste technieken, dus vermoeden we dat er nog best wat vaatjes ter plekke liggen. En een foto aan de witte muur met het bekende opschrift is natuurlijk een must.

Om de dag af te sluiten wilden we het American Monument op The Mull of Oa bezoeken. Onderweg, nog steeds in Port Ellen, hielden we echter eerst een korte pauze in de (weliswaar verlaten, maar speciaal voor ons open gelaten) bar The Green Man on Islay. Bedankt, Michiel en Mireille voor jullie gastvrijheid en de lekkere flesjes die jullie voor ons hadden klaargezet.

Terwijl we genoten van een heerlijke dram, begon de wind wel erg hard op te steken. Een storm was op komst, zoveel was zeker. Maar dat kon ons er toch niet van weerhouden om het American Monument te bereiken, weliswaar volledig uitgewaaid. Het stormde zelfs in die mate dat het eigenlijk een beetje gevaarlijk werd. Dus bleven we niet te lang hangen en zochten snel terug de veiligheid van onze auto op, die ons terug naar de Harbour Inn in Bowmore zou brengen.

Onderweg maakte we nog slechts één tussenstop, namelijk in Gartbreck. Maar van het gedoemde project van Jean en Martine Donnay was geen spoor meer te vinden. Voor wie niet op de hoogte is: het echtpaar, bekend van de Glann ar Mor distilleerderij in Frankrijk had vergevorderde plannen om aan Loch Indaal te Gartbreck (zo’n 3 kilometer ten zuiden van Bowmore) een artisanale distilleerderij te bouwen, maar de eigenaar van de grond – Hunter Laing & Co – is niet (langer) bereid de grond te verkopen.

Tegen de tijd dat we Bowmore bereikten, was de storm grotendeels gaan liggen. Dat deden wij ondertussen ook, want voor zondag stond er weer heel wat op het programma.

May the Malt be with you!



Mark’s Whisky Ramblings 179: Trip to Islay – part 1 of 4

Mark's Whisky Ramblings Posted on 01/10/2017 10:28

Dit is een video van onze trip naar Islay.
Samen met mijn lieve Sofie en vrienden Niek en Ilse bezoek ik alle 8
distilleerderijen op dit eiland, de Koningin der Hebriden. In deze eerste van
vier video’s documenteren we onze vlucht naar Glasgow, de ferry naar Islay en
het bezoek aan de oudste distilleerderij op het eiland: Bowmore.

Geniet van deze video impressie van onze
trip naar Islay.



Trip to Islay – deel 1/4

Reizen Posted on 30/09/2017 09:11

Eind september was het eindelijk zover. Niek en Ilse zouden Sofie en mezelf vergezellen voor een 6-daagse trip naar Islay, het mythische whiskyeiland aan de westkust van Schotland. Een droom die in vervulling gaat, laat ik daar alvast mee beginnen. En het was erg de moeite.

De komende vier dagen zal ik u trakteren op een reisverslagje dat u (wellicht) zal doen watertanden van goesting. Het wordt een week die wij ons alvast nog erg lang zullen heugen.

Donderdag 21 september 2017

Naar Islay op vakantie gaan is één ding. Er geraken is wel wat anders. Wij vlogen met KLM vanuit Schiphol op Glasgow om daags nadien vanuit Kennacraig de ferry te nemen.

Maar onze eerste avond brachten we dus door in Glasgow. En we hadden honger. En zin in een lekkere whisky. Dus namen we een taxi naar de bekende whiskypub The Bon Accord. Paul trakteerde ons op een heerlijk diner, terwijl wij ons tegoed deden aan enkele heerlijke whisky’s.

Ons aperitief was een heerlijke Tullibardine 24 Year Old 1993 van North Star Spirits, speciaal gebotteld voor The Bon Accord. Na het maal trakteerden we onszelf op drie legendarische drams: Ardbeg 30 Year Old, Brora 35 Year Old gebotteld in 2013 en Port Ellen 8th Release 29 Year Old 1978. Needless to say dat we nadien zalig geslapen hebben…

Vrijdag 22 september 2017

Na een vroeg ontbijt stond er een flinke rit van meer dan twee uur voor de boeg om Kennacraig te bereiken. De rit bracht ons eerst naar het noorden om dan via Inveraray terug af te zakken. Een deel van de rit passeerde langs de erg mooie Trossachs via Loch Lomond, maar vooral het stuk tussen Auchindrain en Tarbert was absoluut adembenemend.

Dat kon van de overtocht niet gezegd worden. De zee was betrekkelijk woelig, het schip deinde flink op en neer. Maar dat kon ons niet deren, want na een dik uur verscheen Islay al aan de horizon. Na een eerste mislukte approach van de ferry in Port Askaig, moest de kapitein het schip laten keren om nog eens te proberen. Zo’n half uurtje tijdsverlies enerzijds, maar anderzijds met een leuke bonus, want zo kregen we een prachtig zicht op Caol Ila, dat twee inhammen noorderlijker van Port Askaig ligt.

Eens ontscheept trapten we onze huurwagen op zijn staart, want we wilden niet al te veel te laat komen op onze eerste (en enige) afspraak: Bowmore Distillery. En hoewel de ontvangst heel hartelijk was en de tour erg informatief, was ik toch een tikkeltje teleurgesteld dat ik geen video-opnamen mocht maken. Ik moest het bijgevolg stellen met enkel foto’s.

Gezien het late uur hadden we ook niet echt de mogelijkheid om lang te blijven plakken in het visitor center, maar we kregen onze drams wel mee in sample flesjes, samen met een uitnodiging om elke dag dat we op Islay verbleven langs te komen naar de bar. Nou, da’s mooi.

Na de toer trokken we er nog even op uit om Bowmore zelf te ontdekken – iets waarvoor een halfuurtje ruimschoots voldoende is. Laten we eerlijk zijn, het is een klein dorpje. De ronde kerk was helaas reeds dicht, maar het haventje lag er wonderschoon bij. Het was wel de ideale plek om wat foto’s van de bekende warehouses te maken met de typische tekst op de kalkwitte muur.

Na onze deugddoende wandeling meldden we ons aan in de Harbour Inn, het hotel (ondertussen in handen van Bowmore) dat onze thuis zou worden voor de komende dagen.

Moe maar voldaan kropen we onder de wol met een hoofd vol mooie herinneringen en nog mooiere plannen voor de komende dagen.

May the Malt be with you!



Mark’s Whisky Ramblings 178: Isle of Jura 24 Year Old 1988 for The Whiskyman

Mark's Whisky Ramblings Posted on 29/09/2017 07:28

Isle of Jura verschijnt maar raar of
zelden op mijn radar, maar in dit geval wil ik jullie graag kennis laten maken
met deze whisky en dit om twee redenen. Ten eerste is het een onafhankelijke
botteling van een (ex-)bottelaar van eigen bodem – Dominiek Bouckaert aka The
Whiskyman – en ten tweede is het wellicht de beste release van Isle of Jura die
ik ooit al proefde.

Deze 24-jarige werd gebotteld voor de
Viking Lines, maar enkele flessen vonden toch hun weg naar de Belgische markt.



Isle of Jura Tastival 2017

Tasting Notes Posted on 28/09/2017 07:26

Distilleerderij: Isle of Jura
Regio:
Schotland (Islands)
Fles: Isle of Jura Tastival 2017, 12.000 bts
Kleur: koper
ABV: 51,0%

Assertief

Dit is het vierde
jaar op rij dat Isle of Jura aansluit bij het Feis Ile op Islay en een speciale
botteling op de markt brengt onder de naam Isle of Jura Tastival. Op 1 juni
2017 pakte Jura uit met een malt die rijpte op bourbonvaten waarvan de helft
dan mocht doorrijpen op first fill bourbon barrels en de andere helft op
portovaten van Graham’s (mijn favoriete portmerk, nota bene, maar dit
terzijde). Hij heeft een fastastisch helder, koperen kleurtje.

De neus komt eerst
wat scherp uit de hoek, maar kalmeert dan een beetje om mooie toetsen van
walnoten met appelsien te offreren, opgesmukt met ananas op de barbecue en wat
cassis. Hint van cuberdons. Best kruidig. Ik moet vooral denken aan kamfer en
nootmuskaat, maar ook een hint van kurkuma. Na enkele ogenblikken wordt hij wat
romiger met honing en roombollen. Mooi.

De body is prima, de
aanzet krachtig en kruidig. Appelsienschillen, walnoten, honing, vanille en dan
een zoetzure toets van de port die me aan rood fruit doet denken. Hij is zeker
niet over de top wat de wijninvloed betreft – altijd tricky business – maar komt aardig in de buurt van de grens. Nog
wat tabak, rozijnen en bakkerskruiden. Assertieve malt.

De finish is
betrekkelijk lang op appelsienlikeur. Hij blijft kruidig en maakt je mond
redelijk droog.

Het betere werk van
Jura. Verkrijgbaar voor zo’n 125 tot 135 EUR. Met dank aan The Nectar voor het
gulle sample dat in onze brievenbus terecht kwam.

86/100

Geproefd
door Mark Dermul op 07-06-2016
(om snel andere tasting notes te vinden, surf naar www.whivie.be).



« VorigeVolgende »