Forres – Findhorn – Elgin
Hoewel we zaterdag onze afspraak met Benromach misten, wilde we de distilleerderij toch graag bezoeken. Ook al wisten we op voorhand dat de distilleerderij in Forres, zo’n halfuurtje rijden van Elgin, op zondag gesloten is, maakten we de verplaatsing. De distilleerderij lag er vanzelfsprekend verlaten bij, maar dankzij de zon op de witte gebouwen konden we toch enkele mooie foto’s maken.
Niet ver van Benromach, dat in een industrieterrein ligt, aan de overkant van de spoorweg en slechts tien minuutjes rijden, ligt de historische site van de Dallas Dhu distilleerderij, die ondertussen gesloten is. Maar je kan er nog wel een rondleiding krijgen en een leuk ingerichte shop bezoeken. Vreemd genoeg verbiedt een oude wet de verkoop van whisky voor 12u30 op een zondag. We konden dus niets kopen, behalve een leuke sjaal voor Dearly Beloved.
Findhorn
Vanuit Forres vertrokken we naar Findhorn, een pittoresk vissersdorp ten noorden van Forres en Elgin. Daar gingen we even uitwaaien op het keienstrand. Onderweg kwamen nog een basis van de RAF tegen in Kinloss (what’s in a name?) waar Niek, militaire-vliegtuigen-liefhebber, een Nimrod gestationeerd zag staan.
We reden terug naar Elgin om een lichte lunch te nuttigen alvorens naar Glenlivet te trekken. Onderweg zagen we langs de kant de pagodevormige daken van Glen Moray boven de boomtoppen uitsteken. Reden genoeg om even te stoppen, leek ons. Helaas was ook hier het visitor center gesloten, maar de deur van het stillhouse stond open, waardoor we toch een blik naar binnen werden gegund.
In het centrum van Elgin heerste een leuke drukte en konden we in Café Ecosse op High Street genieten van een baked potato en Diet Coke, alvorens onze trip zuidwaarts te vervolgen.
De route naar Glenlivet zou ons opnieuw langs een heleboel distilleerderijen leiden. Waar mogelijk sprongen we even uit de auto om – opnieuw in quasi-Japanse stijl – ons fototoestel zijn werk te laten doen…
(wordt vervolgd)