Terwijl we onderweg
waren van Auchentoshan naar het Artisan restaurant, kreeg Rachel Barrie helaas
telefoon van de school van haar jongste zoon. ‘Kleine ziek, kan je hem
oppikken?’. De teleurstelling was groot, langs beide kanten. En dus verliet zij
ons vroegtijdig en zaten we enkel met Jeremy Stephens opgescheept tijdens de
lunch. Jeremy is de voormalige Head Distiller van Auchentoshan, maar
promoveerde enkel jaren geleden tot Process & Spirits Quality Manager van
de groep Morrison-Bowmore Distillers. Rachel Barrie is de factor zijn baas,
maar hij is in de wolken met haar. Ze leert hem al de kneepjes van het vak. En
hij is leergierig.

Na een rit van pakweg
30 minuten arriveerden we bij het Artisan restaurant voor de lunch. De chef,
mijn goede vriend Derek Mather, maakte van de gelegenheid gebruik om ons een
nieuwe schotel voor te stellen: Octomore Beef with an Auchentoshan Gravy. Het
behoeft geen betoog dat dit lekker was. Het vlees smolt op de tong. Daarbij
passeerden nog enkele drams de revue: Auchentoshan 22 Year Old 1990 for Artisan
(een unieke Star Wars gelabelde fles – ja, Derek is ook fan), de Ardbeg
Serendipity (die een beetje teleurstelde) en een Auchentoshan 15 Year Old 1997
Old Malt Cask (van de nieuwe Hunter Laing & Co).

Het dessert was ook
niet van de poes. Een sorbet van vanille-ijs met Balvenie 30 Year Old!
Smullen geblazen, dat kan ik u wel vertellen. Er staan letterlijk honderden
flessen whisky in het restaurant van Derek. Slechts 8 of 9 distilleerderijen
zijn niet vertegenwoordigd op de schappen. Dat is best indrukwekkend. Ook
Jeremy had nog niet gehoord van Artisan, maar beloofde zeker terug te keren met
wat mensen van Auchentoshan, iets waar Derek en Fiona zeker oren naar hadden.

Jeremy was zo
vriendelijk om ons met de Auchentoshan Van af te zetten op onze volgende
afspraak in hartje Glasgow: Douglas Laing & Co. Dit familiebedrijf is
immers één van de belangrijke spelers op de markt van de Onafhankelijke
Bottelaars en Fred was aangenaam verrast met de uitnodiging tot een interview voor
ons whiskyboek. Dus mochten we het hoofdkwartier bezoeken. We werden er
opgewacht door de enige Vlaming die het gezicht van een whiskybedrijf in
Scotland is: Jan Beckers.

Jan ontving ons in de
heuse Tasting Room om het hoogste verdiep van het prachtige Victoriaanse gebouw
waarin de kantoren van Douglas Laing zijn ondergebracht. Fred kon helaas niet
aanwezig zijn, maar had het interview schriftelijk voorbereid. Jan zou ons
entertainen en wat heerlijke drams voorzetten. Jan bleek niet alleen een
geweldige gastheer (die wel héél genereus schonk), maar ook een begenadigd
verteller. Zo verhaalde hij hoe hij bij Douglas Laing terecht is gekomen en wat
zijn taak precies is (the best job in the world, dus), maar hij schudde
ook heel wat leuke anekdotes uit zijn mouw. Sommige daarvan zijn helaas niet
voor publicatie vatbaar. Of ik zou u moeten doden.

Groot was onze
verwondering, maar tevens onze blijdschap, als na een halfuurtje plots op de
deur wordt geklopt en niemand minder dan Fred zelve even gedag komt zeggen. Hij
is een kleine, maar zeer kranige 60-plusser die barst van de vitaliteit en mischief.
Wat een geweldige vent! Met de interviews op zak en een grommende maag,
besloten we dat Jan genoeg van zijn vrijdagavond had opgeofferd en gingen we op
zoek naar een leuk restaurantje. Na het late diner waren we allemaal zo
uitgeput, dat we besloten onder de wol te kruipen. Morgen zou het opnieuw een
lange dag worden. Immers, we wilden Glasgow ontdekken. Maar dat leest u dan
weer in de volgende blogpost.

(voor meer foto’s,
bezoek mijn Facebook-pagina!)