Zondag trokken we – zoals de traditie dat voorschrijft – met z’n vieren naar het festival. Dearly Beloved en ik werden gevoerd door Ilse en Niek.

Om de debatten te openen trokken we eerst naar de stand van Diageo, waar Arno Dobbels – net als ik genomineerd, maar niet benoemd tot whiskyambassadeur van het jaar – een ‘loser’s dram’ deelden: Caol Ila 35 year Old 1982 uit de Special Release van 2018. Kwestie van goed te starten, zeg maar.

Op dezelfde tafel viel me een fles van Roe & Co op, een relatief nieuwe Ierse blend – nog niet van eigen stook, maar die is ondertussen wel aan het rijpen – die het volgens mij omwille van zijn kruidige karakter vooral goed zal doen in cocktails.

Ik vond het trouwens een verrassend goeie festivalbotteling. Die Gouden Carolus mocht er best wezen. En natuurlijk een erg leuke selectie, want Belgisch. Dit even volledig terzijde.

Ik was eerst van plan de stand van Loch Lomond gewoon te passeren – het lukt me maar niet om die lekker te vinden – maar dacht hem een tweede kans te geven en liet me opnieuw de 18-jarige inschenken. Volgend jaar loop ik de stand gewoon voorbij…

Bij Wilson & Morgan daarentegen, proefde ik wel twee erg lekkere drams. Een Bowmore 16 Year Old 1996 Sherry Finish en een Caol Ila 8 Year Old 2011 gebotteld voor ons landje. Heerlijk.

Ik werd aangeraden de Speyside 22 Year Old 1996 van Liquid Treasures te proeven. Zo gezegd zo gedaan. Die stond trouwens op tafel bij de whiskyambassadeur van het jaar Jürgen Vromans. Vooral de afdronk was zalig.

Vlak naast die tafel stond Kenny MacDonald wiens nieuwe reeks Dram Mor door Jürgen zal geïmporteerd worden. Na de heerlijke Caol Ila gisteren, liet ik me vandaag verleiden tot het proeven van zijn 11-jarige BenRiach. Erg lekker.

Bij Mariella liet ik me de Arran Sherry Cask welgevallen, maar aan de tafel ernaast, bij The Nectar, proefde ik wellicht van het lekkerste dat ik heel het weekend heb mogen proeven. Enerzijds de  geweldige Auchentoshan 21 Year Old 1997 en anderzijds de nog betere Clynelish 23 Year Old 1995, beide gebotteld onder het label The Nectar of the Daily Drams.

Mijn smartphone piepte om me er attent op te maken dat het tijd was voor de Bruichladdich Masterclass met brand ambassador Nick Baeyens. En dat het een mooie tasting ging worden, stond al op voorhand vast. Immers, naast de Classic Laddie gingen we niet minder dan 4 expressies proeven uit de bejubelde Black Art Series.

De zaal zat afgeladen vol en genoot zienbaar met volle teugen. Niet alleen van de geweldige whisky (de tasting notes mag u binnenkort verwachten op het blog), maar ook van de ongedwongen, grappige en energieke manier waarom Nick zijn publiek op sleeptouw nam. Hij is zichtbaar gepassioneerd door Bruichladdich en de filosofie van het bedrijf. Het feit dat ze lekkere whisky maken, zal daar ook niet vreemd aan zijn. Ik vond het top.

Van de ene tasting was het meteen naar de volgende, want ook Chef Stef en zijn Krien van De Cluysenaer verwachtten ons voor hun Desserts & Whisky Masterclass. Stef bekoorde ons met zijn combinaties die zowel vloekten (bewust, voor alle duidelijkheid) als harmonieus waren. Een verrassend bittere en umami Auchentoshan Three Wood (ja, die kunnen soms geweldig verschillen van batch tot batch en dit was niet bepaald een lekkere) werd mooi rechtgetrokken met een zalige Tiramisu. Een bavarois met Bowmore Vault No 1 viel ook erg in de smaak. Maar de witte chocolade met Le Frog 7 Year Old (Laphroaig, uiteraard) klikte absoluut niet, terwijl met melkchocolade het dik meeviel. De zwarte chocolade met de Laphroaig Quarter Cask was dan weer een shot in de roos. Diezelfde Laffie deed het bijgevolg ook erg goed bij de crémeux au chocolat. Mijn favoriete combo, echter, was de flan van karamel met de Arran 9 Year Old Private Cask. Zelfs de pannacota met bosbessen, opgelukt met de Balmenach 13 Year Old, kon daar niet meer over. Dat was wederom een zeer leuke Masterclass, nog beter dan die van vorig jaar. Ik daag Stef uit om het volgend jaar nog beter te doen. Ik schrijf me zeker weer in!

Ondertussen was het hoog tijd geworden om nog eens langs te lopen bij onze vrienden van Food & Spirit. Guy en Bart hadden namelijk ook nog wel wat lekkers, zoals ribbetjes met de Jack Daniel’s Single Barrel Select 2019 of een stoverijtje van hertekalf met de Glenrothes Whisky Maker’s Cut. Smullen!

Maar het meest uitzonderlijke proefde ik toch bij Jürgen, hoor. Al was het dan geen whisky, het was alleszins liquid history, want op zijn tafel stond een fles Bas Armagnac van Domaine De Baraillon. Nu weet ik dat die goed spul hebben (ik heb een bas-armagnac van 1983, 1973 en 1970 in mijn kast open staan), maar eentje uit 1918 (en da’s géén typfout) had ik nog niet geproefd. En goed dat het was. Bedankt voor de gulle dram, Mr Ambassador!

Da’s pas in schoonheid eindigen!

Laat me afsluiten met de obligate, maar daarom niet minder gemeende, woorden dat het weer prettig was jullie allemaal tegen het lijf te lopen (in één geval letterlijk) en een glas met me te delen (in sommige gevallen ook letterlijk – fuck Corona). Te veel om op te noemen, maar you know who you are. Het is altijd prettig een praatje te kunnen maken met gelijkgezinden.

Ik kijk er naar uit jullie volgend jaar opnieuw te kunnen begroeten.

May the Malt be with you!