Traditiegetrouw gaan Niek, Ilse, Sofie en ik naar het festival op zondag. Maar aangezien ik dit jaar genomineerd was voor Whiskyambassadeur van het Jaar, kreeg ik de vraag om zaterdag toch langs te komen. Een duo-ticket zou klaarliggen aan de deur. Vol verwachting trok ik dus richting ICC in Gent.

Ik spotte onmiddellijk een aantal bekende aan de tafel van de SMWS – bij Chris Lauriers – en ging meteen gedag zeggen. Chris kon het niet laten om mij onmiddellijk iets onder de neus te duwen. Hij drukte me er bij op het hart dat het lekker was, maar geen Auchentoshan. Ik was erg aangenaam verrast en wel om twee redenen. Ten eerste: het was inderdaad lekker. Ten tweede: tot mijn verrassing was het een whisky die ik nog nooit eerder geproefd had. Het bleek te gaan om SMWS 122.27 Panna cotta, kilts and candlelight, i.e. een 7-jarige Croftengea! Het was effectief de eerste keer dat ik dit type malt van de Loch Lomond distilleerderij aan de lippen zette.

Dat werd onmiddellijk gevolgd door iets heel anders, namelijk een cognac uit de regio Petit Champagne die naar de naam Herby goes bananas luistert. Geweldig. En lekker.

Twee tafels verder begroette ik de jongens van Diageo: Arno en de Herminator. En terwijl Arno mij een Clynelish Special Release 2014 uit, kwam Maarten van The Nectar al aanzetten met een al even geweldige Glen Grant 25 Year Old 1992, een single cask van Cadenheads. Eigenlijk was mijn proefnamiddag hiermee al achter de rug.

Maar goed, we geven niet snel op. We spoelden glas en mond en prepareerden de smaakpapillen opnieuw met een ouwe getrouwe: Glenfiddich 18 Year Old. Een flink onderschatte aperitiefwhisky, als u het mij vraagt. Maar lang mocht de pauze niet duren, want ik werd bij de arm genomen en naar de stand van Dram Mor getrokken om daar de 6-jarige Caol Ila aan de lippen te zetten. Die was geweldig en lekker vuil. Kenny MacDonald is alleen een beetje karig met de info op zijn labels, als u het mij vraagt.

Het was hoog tijd voor een hapje, maar onderweg naar die bewuste stand diende ik natuurlijk te passeren bij mijn vriend Davide Romano van Valinch & Mallet. Ik moest en zou zijn 10-jarige Heaven Hill proeven – ik vond hem prima, maar mocht toch iets hoger in ABV gezeten hebben – maar had mijn oog ondertussen al op zijn 6-jarge Caol Ila laten vallen. Gerijpt op een Oat cask van Koval, nog wel. Goed spul.

Ik was eindelijk bij Bart en Guy geraakt – een vaste stop, want niet alleen kan je hier de innerlijke mens wat versterken, maar bovendien zijn beide goedgeluimde koks ook prettig gestoord in hun combinaties. Dus liet ik meteen wat hapjes aandraven. En ze waren top.

  • Gerookte zalm met Craigellachie 13 Year Old
  • Buikspek met Highland Park 12 Year Old
  • Scampi met Jack Daniel’s Rye

Net op het moment dat ik van mijn hapjes sta te genieten, ontvang ik een sms van Dearly Beloved: ‘Ik sta aan de ingang’. Dus rep ik me daarheen, want vrouwlief was afgekomen om te supporteren tijdens de uitreikingsceremonie. Onderweg naar de zaal werk ik nog een Säntis Malt 7 Year Old Edition Alpstein XV in de handen gedrukt. En die viel me best mee.

De ceremonie was weinig ceremonieel, moet ik bekennen. Weinig animo, presentatie zonder versterking… enfin, dat kon wat mij betreft net iets meer zijn. Maar de winnaars kregen een mooie oorkonden en een potstill in kristalglas, wat wel een prachtig aandenken is.

En hoewel ik het jammer vind dat ik de titel van ambassadeur niet in de wacht gesleept heb, gun ik het Jürgen Vromans van harte. Ons kent ons. Ik was er als de kippen bij om hem te feliciteren en bood nadien mijn brede schouder aan Arno Dobbels aan om op uit te huilen (grapje!).

We namen afscheid van elkaar, maar niet voor lang, want daags nadien zou de delegatie van Whivie uiteraard wederom van de partij zijn.

May the Malt be with you!